Nieuwsbericht

Amsterdam wil stop op parkeervergunningen vervuilende auto’s

Profielfoto van Kennisplatform CROW
2 mei 2024 | 1 minuut lezen

Amsterdam wil de luchtkwaliteit verbeteren. Personenauto’s zorgen voor de meeste vervuiling door uitstoot van CO2 en stikstof. Daarom wil ze de regels voor nieuwe parkeervergunningen van vervuilende personenauto’s strenger maken. Alleen auto's met een emissieklasse van 5 of hoger kunnen deze nog krijgen, is het plan.

Emissieklasse 5 of hoger

Vanaf 1 januari 2025 kunnen alleen diesel- en benzinevoertuigen met een emissieklasse van 5 of hoger een parkeervergunning krijgen. Dat zijn voertuigen die maximaal 14 jaar oud zijn.
Als de plannen doorgaan, krijgen bestuurders met vervuilende auto's extra beperkingen opgelegd. Het stond al vast dat dieselvoertuigen tot en met klasse 4 vanaf volgend jaar niet overal mogen rijden. Met ‘blauwe milieuzones’ mag een gemeente deze voertuigen vanaf volgend jaar weigeren.
Tot en met 10 juni is het mogelijk om te reageren op de plannen. Mogelijk veranderen de plannen daarna. Naar verwachting stelt het college na de zomer de definitieve plannen vast. Eind 2024 wordt de raad gevraagd in te stemmen met de aangescherpte milieueisen.

Uitzonderingen

Voor bewoners met een auto met emissieklasse 4 of lager die al een parkeervergunning hebben, verandert er niets: zij houden hun parkeervergunning ook na 1 januari 2025.
Alle nieuwe aanvragen voor een parkeervergunning moeten na 1 januari 2025 voldoen aan de aangescherpte milieueis. Er zijn een aantal overgangsbepalingen:

  • Voor aanvragers die voor 1 januari 2025 op de wachtlijst zijn geplaatst en pas na 1 januari 2025 een vergunning krijgen, gelden niet de aangescherpte milieueisen, maar de huidige milieueisen.
  • Dit geldt ook voor aanvragers in gebieden waar betaald parkeren wordt ingevoerd, zoals in Nieuw-West, Zuidoost en Noord.
  • Bij een verhuizing binnen Amsterdam na 1 januari 2025 blijven, op grond van de meeverhuisregeling, de voorwaarden van de oorspronkelijke vergunningsaanvraag gelden.

Bron: amsterdam.nl en stadszaken.nl en at5.nl